Bratislava - Bokros

120km

Uitgerust maar toch met een klein katerke neem ik afscheid van Washt. Nu nog uit deze stad met honderdduizend wegenwerken geraken. Van regen geen sprake meer en het is weeral heel heet in de voormiddag, zo heet dat ik al snel moet stoppen om wat af te koelen en iets te drinken in de jachtclub op de oever van de Donau. Er is keuze tussen Cola of Kofola. “Hetzelfde als Cola, maar dan anders en iets goedkoper.” Mijn nieuwsgierigheid naar het onbekende doet me kiezen voor het tweede en ik zal zeggen het is ook iets smeriger. Als ik daarna terug vertrek word ik langs alle kanten besprongen. Door sprinkhanen. De slijmerige slakken van Duitsland en Oostenrijk zijn ingeruild tegen een massa sprinkhanen van Bijbelse proportie. Zolang ze niet in mijn mond vliegen is het nog wel ok. Slovakije is ook het land van ex-wereldkampioen wielrennen Peter Sagan en ik had al wel een paar wielrenners gezien, maar nog niks van Sagan. Tot plots twee oudjes (zonder elektrische fiets!) mij voorbijknallen. Zij draagt een setje van Bora–Hansgrohe en hij een opvallend echt ogende wereldkampioenen trui. Ik maak mezelf wijs dat dat de ouders van Sagan waren, geen twijfel mogelijk.

Voor de rest kom ik (bijna) niemand, maar dan ook niemand tegen. Ik fiets door een groot natuurgebied en als ik al iemand tegenkom zijn het altijd vriendelijke mensen die goeiedag zeggen. Het is zo heet dat ik tegen de avond op 10km van mijn bestemming nog eens uitgebreid moet stoppen om te drinken en te eten. Als ik achteraf de rekening krijg denk ik eerst dat ze verkeerd geteld hebben, maar het blijkt hier echt zo goedkoop te zijn. Als slaapplaats toch maar weer een kamerke gepakt bij een familie op de boerenbuiten. Ik vond het zonde om mijn pas gewassen en perfect ingepakte tent nu al terug te moeten uitpakken. En voor die prijs heb je zelfs nog geen campingplek in Oostenrijk. Pension Bokros is een beetje uit de richt, maar de enthousiaste uitbaatster die heel veel moeite doet om zich verstaanbaar te maken in het Engels maakte dat direct helemaal goed. Ze had zelfs een tapinstallatie die ze maar al te graag wou demonstreren.

Bokros - Budapest

116km

’s Morgens bij het ontbijt was de uitbaatster nog niks van haar enthousiasme verloren en ik was ook blij want vandaag gaan we weer een nieuw land binnenvallen. De regen is voorgoed verdwenen en vanaf nu alleen nog 30 graden en meer. Maar na een tijdje fietsen duiken de eerste problemen op. De ferry die ik normaal naar de overkant en tegelijk Hongarije moet namen vaart niet meer, en blijkbaar al een tijdje. Er zit niks anders op dan naar de brug te rijden 20km verderop. Na een paar kilometer moet ik weer een beetje stunten want daar is er ineens een gigantisch gat in het fietspad. Gelukkig kan ik Eurovelo route 6 nog een stuk volgen, dat staat normaal garant voor goeie fietspaden. Niet hier, want even later is route 6 helemaal opgeslokt door de natuur en moet ik zelfs een stukje over de snelweg fietsen. Daarna volgt een harrewar van singletrack, zandpadjes, bosweggetjes en als afsluiter nog een paar kilometer kiezels ploegen. Ik zit midden tussen de zonnebloemvelden als Jesus Christ the lord himself mij komt redden want in de verte zie ik het kruis van een kerkje boven de bloemen uitsteken. Daar zal wel een dorpje zijn. Jawel, een dorpje en even later zelfs een hele stad. Ik rij over de brug en zit zonder het eerst te beseffen ineens al in Hongarije, maar ik heb nog geen Hongaars geld. Er staan overal waterpompjes in de straten en ik vraag me af of ik daarvan zou kunnen drinken. Voor de zekerheid haal ik uiteindelijk toch maar wat geld af en koop ik een cola. Kofola zal nooit mijn favoriete drankje worden.

Nieuw land maar de slechte wegen vol gaten, putten en wortels gaan gewoon verder. Langzaam maar zeker kom ik toch dichter bij Budapest. Die laatste stop van gisteren een paar kilometer voor ik op mijn bestemming was had me toen goed gedaan en ik beslis het nog eens te herhalen, maar nu op een gezellige dijk even buiten de stad. Natuurlijk direct de goulash testen en het lokale bier drinken waardoor ik er maar slecht weg geraak. Eens in de stad ben ik direct onder de indruk van het mooie Budapest. In mijn hostel ben ik minder onder de indruk van de hoeveelheid Nederlanders. Ik heb niks tegen Nederlanders, maar als er één van boven het water in gebrekkig Engels dingen zit te roepen zoals: “Aai hef an ouwdie tietie en ai droof hier wit now klowts on jonge” dan moet ik toch eens zuchten. Gelukkig was daar plots Max, Duitse guide of the nightlife. Voor mij dan toch. Hij was daar al een tijdje en stelde voor om een paar bars te laten zien. Er is een overload aan uitgaansmogelijkheden waardoor we maar snel naar één of andere plek zijn gegaan waar ze vanalles wat draaiden en daar ook heel de avond gebleven. ’s Morgens word ik zweterig wakker in mijn beddenbak in het hostel want de airco had het blijkbaar begeven ‘s nachts. De Nederlandse kerel onder mij was er erger aan toe want die heb ik diezelfde dag nog drie keer uit de douche zien strompelen.

Vandaag rustdag, dus rustig aan. Ik spot een Vietnamese noodlebar en ga nog eens een lekker soepke eten. Het plan was om door de stad te wandelen maar het is niet te doen, het is bloedheet en ik zweet een liter per seconde uit elke porie van mijn lijf. Spijtig, want het is echt wel een hele mooie stad. Ik beloof mezelf om nog eens terug te komen en alles eens deftig af te kijken als het iets minder tropisch is. Dan maar terug naar het hostel. Een beetje chillen in de koele keuken, foto’s sorteren, bloggen, burten,… en dan is het voetbaltijd. De Premier League begint vandaag terug en Liverpool moet aan de bak. Ik vind een sportsbar diep onder de grond, maar zelfs daar is het een sauna. Met een koud pintje en een kipfilet op Ronaldo’s wijze erbij valt het nog wel mee. Liverpool wint de match en ik keer gelukkig terug naar het hostel, al is dat maar van korte duur want de rooftop bar is nog altijd een oven. Er is ook een verse lading Nederlanders gedropt en ik raak aan de praat me Fejbiejen. Dus niet Fabien of Fabbie. Fej-bie-jen, en Rik. Aangezien zij nu de newbies zijn ben ik vandaag de partyguide, maar ik neem hen gewoon mee naar de openlucht disco van gisteren. Ik weet anders ook niks 🙂 Iets na middernacht heb ik genoeg Hollands gesproken en keer ik met Rik en een kebab in de hand terug naar huis. De volgende dag zou ik graag iets vroeger vertrekken met de fiets in de hoop de hitte voor te zijn.